Meewerkend voorwerp

Meewerkend voorwerp

Het meewerkend voorwerp vind je door de volgende vraag te stellen:

"Aan wie/wat + werkwoordelijk gezegde + onderwerp + lijdend voorwerp"

Voorbeeld: De leraar geeft mijn oma haar Iphone terug.

  1. WW gezegde: geeft.
  2. Onderwerp: de leraar.
  3. Lijdend voorwerp: haar Iphone.

de goede vraag is dan: Aan wie/wat geeft de leraar haar Iphone? -> mijn oma. Dat is het meewerkend voorwerp. Afijn, hier vind je oefenmateriaal.

Maak een gratis website. Deze website werd gemaakt met Webnode. Maak jouw eigen website vandaag nog gratis! Begin